Geavanceerde opleiding verpleegkunde: belangrijke bouwstenen voor je carrière

Inhoud

• Bijscholing is een belangrijk onderdeel in de verpleging
• Verschillende kwalificatie-opties in de verpleegkunde
• Overzicht: vervolgopleiding verpleegkunde
• Gedetailleerde informatie over geselecteerde vervolgopleidingen in verpleegkunde
• Geavanceerde training in intensieve en anesthesiezorg
• Geavanceerde training in operationele service
• Gevorderde opleiding in oncologische zorg
• Geavanceerde training in palliatieve zorg
• Veelgestelde vragen en antwoorden over vervolgopleidingen in de verpleegkunde
• Wat kost een vervolgopleiding verpleegkunde?
• Hoe kan ik een vervolgopleiding financieren?
• Aan welke eisen moet ik voldoen?
• Wat zijn de salarisvooruitzichten daarna?

De zorg- en gezondheidssector wint al jaren aan belang. Een vervolgopleiding in de verpleegkunde is met name geschikt voor degenen die er al werken en hun kennis willen uitbreiden. De diverse opleidingen maken specialisatie op een bepaald gebied mogelijk en kunnen zo nieuwe loopbaanperspectieven openen. Welke specialistische opleidingen zijn er in de verpleegkunde en wat bieden ze...

Bijscholing is een belangrijk onderdeel in de verpleging

Vooruitgang stopt ook niet bij de zorg. Daarom moeten verpleegkundigen op de hoogte blijven. Enerzijds voldoe je aan de wettelijke eisen met een specialistische opleiding verpleegkunde. Omdat het Wetboek van Sociale Zekerheid in SGB XI §11 voorziet in bijscholing voor werknemers in de gezondheidszorg. Daar staat dat de verpleegkundige diensten moeten worden verleend "volgens de algemeen erkende stand van de medisch-verpleegkundige kennis". Tegelijkertijd kan een vervolgopleiding in de verpleegkunde een bewuste carrièrestap zijn. Ook het gereformeerde onderwijs profiteert hiervan.

In tegenstelling tot voorheen Sinds vorig jaar is de opleiding in de verpleging en de gezondheidszorg veel algemener georganiseerd. De verpleegkundige heeft recentelijk de vroegere beroepen van geriatrische verpleegkundigen, verpleegkundigen en verpleegkundigen vervangen, evenals verpleegkundigen voor kinderen. De specialisatie op het gebied van gezondheids- en kinderverpleegkundigen of geriatrische verpleegkundigen vindt pas in het derde jaar plaats. Deze nieuwe opleiding maakt een gemakkelijkere wisseling tussen de werkvelden mogelijk.

Verschillende kwalificatie-opties in de verpleegkunde

Verdere beroepskwalificatie is op verschillende manieren mogelijk. Bijscholing, vervolgopleiding of studie. Enigszins irritant voor velen: de termen geavanceerde training en geavanceerde training worden vaak als synoniemen gebruikt.

Strikt genomen helpt bijscholing vooral om bij te blijven. Bijscholing is geregeld in de Wet Beroepsopleiding (BBiG). Dit definieert en differentieert nauwkeuriger tussen vier verschillende soorten training:

1. Aanpassingstraining
   Door deze trainingen worden de bestaande trainingen en de technische status aangepast aan huidige en nieuwe omstandigheden en eisen.
2. Verlengingstraining
   Door deze vorm van voortgezette opleiding worden de technische basis en kwalificaties uitgebreid en in sommige gevallen verdiept op nieuwe gebieden. Er kunnen ook nieuwe onderwerpen worden geopend.
3. Onderhoudstraining
   Met deze trainingen wordt vooral de bestaande kennis opgefrist en is een constante beroepskwalificatie en kwaliteit gegarandeerd.
4. Voortgezette opleiding
   Deze voortgezette opleiding vormt de basis voor professionele ontwikkeling (promotie) en het aannemen van nieuwe taken - meestal met meer verantwoordelijkheid.

Bijscholing daarentegen verwijst naar bijscholingen die worden gereguleerd door de Verpleegkamer. De daar verworven functietitels zijn beschermd.

Overzicht: vervolgopleiding verpleegkunde

De academisering in de zorg leidde tot enkele veranderingen. Beroepen die voorheen door bijscholing konden worden gedekt, zijn nu gedeeltelijk vervangen door een diploma. Het beste voorbeeld hiervan: de docent verpleegkundige beroepen. Iedereen die hierin geïnteresseerd is, moet nu een graad in de verpleegkundeopleiding behalen. Toch is de vervolgopleiding verpleegkunde zeer divers. Inhoudelijk omvat het grofweg drie domeinen: ouderenzorg, verpleging en bijscholing in leiderschap. De volgende informatie moet worden gezien tegen de achtergrond van het federale onderwijssysteem in Duitsland. Betekent: De gezondheidsberoepen worden gereguleerd door federale wetten. De beroepskwalificaties zijn daarom landelijk geldig en erkend.

Als het daarentegen gaat om een ​​specialistische opleiding in de verpleegkunde, de deelstaten komen in het spel. Daarom zijn er geen landelijke richtlijnen. Voor werknemers die zich willen bijscholen, betekent dit dat zij, indien mogelijk, een door de staat erkende bijscholing moeten volgen. Anders kunnen er problemen ontstaan ​​als u bijvoorbeeld naar een andere staat verhuist en uw vervolgopleiding in de nieuwe staat niet wordt erkend. Ook de namen verschillen van instelling tot instelling: De specialistische opleiding verpleegkunde omvat bijvoorbeeld bijscholing op het gebied:

• Zorg in de endoscopie / operatie en endoscopie dienst
• Intensieve zorg en anesthesie / Intensieve en anesthesiezorg voor kinderen
• Intermediaire zorg verpleging / palliatieve zorg vervolgopleiding
• Verpleegkunde in de nefrologie
• Noodhulp
• Verpleegkunde in de oncologie
• Hygiënespecialist / hygiënemedewerker in de zorg
• Zorg in de chirurgische dienst
• Verpleegkunde in de psychiatrie, psychosomatische geneeskunde en psychotherapie / psychiatrische zorg
• Beheer van een afdeling (van een gebied) / Verpleegkundige dienstmanager (PDL) bijscholing
• Praktische gids
• Nascholings- en examenregeling verpleegkundige beroepen
• Voortgezette opleiding kwaliteitsmanagement zorg

Gedetailleerde informatie over geselecteerde vervolgopleidingen in verpleegkunde

Hieronder vindt u op basis van geselecteerde korte profielen de belangrijkste informatie over de duur en vereisten van de respectievelijke geavanceerde verpleegopleidingen. Verschillende technische scholen, universiteiten en tal van particuliere onderwijsinstellingen bieden de bijbehorende cursussen aan.

Geavanceerde training in intensieve en anesthesiezorg

Voor deze vervolgopleiding in de verpleegkunde wordt gebruik gemaakt van de intensive care en de anesthesieafdeling van een ziekenhuis. Aan het einde van je opleiding krijg je de functietitel “Gespecialiseerd verpleegkundige voor intensive care en anesthesie”. Hier zorg je soms voor ernstig zieken die in klinieken of in de thuiszorg moeten worden verzorgd. De zieken kunnen vaak niet zelfstandig ademen. Daarom omvat de inhoud van deze voortgezette opleiding in de verpleging bijvoorbeeld onderwerpen als beademing, het gebruik van de betreffende apparaten en het beheer van noodsituaties.

Deze specialistische opleiding duurt twee jaar en omvat ten minste 1.200 uur. Het vindt meestal in deeltijd plaats, maar het kan ook voltijds worden gedaan. Toelatingseisen zijn meestal een voltooide opleiding en ten minste twee jaar professionele ervaring als verpleegkundige. De uitzondering is de deelstaat Noordrijn-Westfalen: hier kunt u de vervolgopleiding verpleegkunde voltooien zonder voorafgaande tewerkstelling in uw opleidingsberoep. Om te slagen voor het examen moet u een schriftelijk, mondeling en praktisch gedeelte doorlopen. Afhankelijk van de deelstaat is dan een salaris tussen 3.400 en 4.400 euro mogelijk.

Geavanceerde training in operationele service

Iedereen die een opleiding tot verpleegkundige of zorgverlener heeft afgerond, kan zijn opleiding voortzetten in de operatiekamer. Je hebt ook twee jaar professionele ervaring nodig (inclusief een half jaar professionele ervaring op een operationele afdeling). Het doel is dat de medewerker zelfstandig en interdisciplinair kan samenwerken met de verschillende afdelingen. Dit omvat technische, organisatorische en verpleegkundige kennis. De inhoud van de training omvat bijvoorbeeld kennis van instrumenten, medische materialen en apparaten, speciale hygiëne- en sterilisatieprocedures en spoedeisende zorg in de operatiekamer.

Als aspirant-verpleegkundige in de operatiekamer een tweejarige opleiding voor gevorderden volgen. Dit omvat zowel leertaken als presentaties en wordt afgesloten met een staatsexamen, dat is opgedeeld in een schriftelijk, een mondeling en een praktisch deel van het examen. “Gespecialiseerde verpleegkundigen in de operatie- en endoscopiedienst” - zo heet het officieel - verdienen tussen de 2.800 en 3.900 euro. Dit hangt ervan af of je bijvoorbeeld betaald wordt volgens TVöD of dat je in een particuliere instelling verblijft.

Gevorderde opleiding in oncologische zorg

Deze voortgezette opleiding verpleegkunde is bedoeld voor verpleegkundigen of gezondheids- en kinderverpleegkundigen. Uitzondering: In Baden-Württemberg hebben ook ouderenverpleegkundigen toegang tot deze specialistische opleiding. Je werkt met mensen die kanker hebben. Daarom omvatten verdere toelatingseisen meestal professionele ervaring in de zorg voor kankerpatiënten. De training bevat leerinhouden die overlapt met palliatieve zorg. Onderwerpen die aan bod komen zijn pijntherapie, wond- en stomazorg, lymfedrainage, maar ook advies aan naasten. Het praktijkgedeelte van de opleiding vindt plaats op interne, operationele en radiologische afdelingen. Door de steeds complexere behandelmogelijkheden worden er hoge professionele eisen gesteld aan het verplegend personeel.

De opleiding duurt meestal twee jaar, de deelnemers volgen de cursussen in deeltijd. De bijscholing vindt afwisselend plaats met minimaal 300 uur ofwel op een gynaecologisch, urologisch, kaakchirurgisch, neurologisch of oor-, neus- en keelstation, waarop overwegend kankerpatiënten worden behandeld. Voor het eindexamen moeten de deelnemers een schriftelijke scriptie schrijven, evenals een mondeling en een praktisch examen. Specialistengezondheidszorg en verpleegkundigen voor oncologie kunnen na een succesvolle specialistische opleiding rekenen op een salaris tussen de 3.500 en 4.560 euro.

Geavanceerde training in palliatieve zorg

Bij palliatieve zorg gaat het minder om curatieve behandelingen. Verpleegkundigen hebben veeleer te maken met patiënten die bijvoorbeeld als "uit therapie" worden beschouwd, maar verschillende klachten en pijnen hebben. De taak van palliatieve verpleegkundigen is dan ook het handhaven of verbeteren van de kwaliteit van leven van patiënten met behulp van pijnstillers en andere verpleegkundige maatregelen. Naast het werken met patiënten leer je empathisch omgaan met naasten. De inhoud van de training omvat bijvoorbeeld hospicewerk, pijntherapie en rouwwerk. Palliatieve zorgverleners kunnen werken in speciale hospices, maar ook in de thuiszorg. Casemanagement is dan ook een ander belangrijk onderdeel van bijscholing.

De vervolgopleiding kan zowel deeltijds zijn maar ook fulltime. Door demografische veranderingen groeit de vraag naar deze kwalificatie. Wie zich als palliatief verpleegkundige wil kwalificeren, heeft naast een afgeronde opleiding tot geriatrisch verpleegkundige of gezondheids- en verpleegkundige ook twee jaar beroepservaring in het vak nodig. De vereiste tests kunnen per provider verschillen. De training omvat, afhankelijk van de aanbieder, tussen de 160 (aanbevolen minimum) en 400 onderwijseenheden en duurt ongeveer een jaar.

Volgens de Duitse Vereniging voor Palliatieve Geneeskunde wordt de opleiding afgesloten met een colloquium waarin de deelnemers een project presenteren. Het kan echter ook voorkomen dat je voor het certificaat aanvullend bewijs van prestatie moet overleggen, bijvoorbeeld in de vorm van een stage. Iedereen die in de openbare dienst werkt als palliatief mantelzorger verdient tussen de 3.100 en 3.500 euro. Bij particuliere werkgevers zie je grote loonschommelingen - hier kom je op een salaris tussen de 2.500 en 4.000 euro.

Veelgestelde vragen en antwoorden over vervolgopleidingen in de verpleegkunde

Wat kost een vervolgopleiding verpleegkunde?

De deelnamekosten voor de verschillende trainingen zijn niet over de gehele linie te kwantificeren. Enerzijds hangt het af van de aanbieder. Aan de andere kant variëren de onderwijseenheden sterk. Een vervolgopleiding verpleegkunde in de palliatieve zorg kan bijvoorbeeld voor minder dan 1.000 euro worden afgerond. Langere cursussen daarentegen kosten 2.500 euro.

Beide zijn nog relatief goedkoop tegenover 5.250 euro voor specialistische opleiding tot specialist gezondheids- en verpleegkundige oncologie of 5.925 euro voor specialistische opleiding voor verpleegkundigen in de operatiekamer. En een opleiding tot verpleegkundige intensieve anesthesiezorg kan oplopen tot 6.950 euro.

Hoe kan ik een vervolgopleiding financieren?

In sommige gevallen volgen ziekenhuizen of werkgevers een bijscholing in de verpleegkunde. Dat hangt af van de individuele behoeften in de betreffende kliniek of zorginstelling. Daarnaast hebben verpleegkundigen de mogelijkheid om staatssteun te ontvangen. Dit kan in de vorm van een BAföG of een beurs.

Het federale ministerie van Onderwijs en Onderzoek biedt onder meer ondersteuning aan vakmensen met een verdere beroepskwalificatie via de Stichting Hoogbegaafde Studenten. Je kunt kiezen tussen een vervolgbeurs of - als je na je opleiding een eerste universitaire opleiding wilt afronden - een voortgangsbeurs. Beide beurzen zijn zowel fulltime als parttime mogelijk.

Aan welke eisen moet ik voldoen?

Meestal vereist de vervolgopleiding verpleegkunde een voltooide opleiding in een verpleegkundig of gezondheidsberoep. Dit betekent dat je een van de volgende functietitels moet hebben: verpleegkundige, verpleegkundige, geriatrisch verpleegkundige, zorgverlener, verpleegkundige. Daarnaast moet je vaak een bepaald aantal jaren beroepservaring kunnen aantonen en idealiter al gewerkt hebben in het gebied waarin je je opleiding voortzet.

Iedereen met overheidssteun Als het om bijscholingsbeurzen gaat, moet je oppassen: hier geldt een leeftijdsgrens tot 24 jaar. Aanvragers kunnen tot 27 jaar oud zijn, op voorwaarde dat ze kredietperiodes zoals ouderschapsverlof of vrijwilligerswerk kunnen aantonen.

Wat zijn de salarisvooruitzichten daarna?

Een grote invloed op uw salarisniveau heeft niet alleen de respectievelijke specialistische opleiding in de verpleegkunde, maar ook waar u werkt. U kunt werken in klinieken met staats-, kerk- of particuliere sponsors. Het verschil: Als u in een staats- of kerkelijke instelling werkt, zijn uw inkomsten gebaseerd op een collectieve overeenkomst. Vaak zijn de voorwaarden hier aantrekkelijker omdat de vakbonden daarover hebben onderhandeld met de werkgeversorganisaties. Particuliere instellingen daarentegen stellen zelf de salarissen vast.